woensdag 11 april 2012

De geboorte van Samira


De dag dat Samira werd geboren, was een stralende dag. Moeder schaap had het een beetje uitgesteld, want ‘s morgens was er mist. Het leek haar wat te vochtig voor een lam wat net geboren was en snel droog moest zijn.

Moeder schaap was een van de belangrijkste dieren van de kudde. Ze was een leidschaap en niet zo maar één. Nee, zij was de baas in de kudde. De kudde bestond niet uit gewone schapen die je vaak in de wei ziet, met een mooi stalletje erbij. Deze kudde was van een ras wat je bijna niet meer ziet en dat noemen ze zeldzaam. Het waren Schoonebeeker Heideschapen.

De schapen lopen vrijwel zomer en winter buiten en kennen elkaar allemaal. Ze eten samen, ze drinken samen en ze krijgen samen ook lammetjes. Ze blijven gewoon bij elkaar en zien zo van elkaar hoe dat gaat.

Samira was dus geboren op een mooie lentedag en je zult het niet geloven, maar binnen een uur stond ze al op haar pootjes en dronk melk bij moeder schaap.
‘Ho ho, niet zo gulzig Samira,’ zei moeder, ‘rustig aan er is genoeg’.

Omdat moeder schaap een leidooi is draagt ze een bel en Samira had al snel door dat ze op avontuur kon gaan als ze de bel maar in de gaten hield. Ze huppelde tussen de andere schapen door en ineens… Wat was dat? Dat was geen lam zoals zij. Het was harig en duwde haar aan de kant. Op een holletje rende ze richting het belgeluid van haar moeder, al blatend van schrik. En moeder schaap moest lachen om haar kind en ging direct zo staan dat de kleine Sam een slokje kon drinken om van de schrik te bekomen. ‘Ja, Samira dat was de hond van de herder waar je mee kennis gemaakt hebt. Hij zorgt ervoor dat je niet van de kudde afdwaalt’.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten